top of page

Dutch design icoon

De Delta Vaas is een echte Dutch Design klassieker.

In 1981 ontwierp architect Mart van Schijndel de Delta Vaas voor een vazententoonstelling bij de bevriende sieradenontwerper Hans Appenzeller.

Van Schijndel had twee maanden de tijd om iets te bedenken, maar liet het op de laatste week aankomen. Glasblazen of een ander moeilijk traject was niet meer haalbaar. Door de tijdsdruk moest hij anders te werk gaan en daar is een prachtig en innovatief product uit ontstaan.

Mart van Schijndel was de eerste die met siliconenkit drie identieke vlakke glasplaatjes aan elkaar lijmde tot een vaas. Het ontwerp van de Delta vaas was revolutionair in z’n tijd; het leverde internationale prijzen op en werd opgenomen in de museumcollecties van het MoMA in New York, Neue Sammlung in München en Stedelijk Museum in Amsterdam.

De Delta vaas wordt met de hand gemaakt in Nederland.

Marijke Kuper schrijft in het boek Mart van Schijndel Kleurrijk architect het volgende:
 
De vaas Delta is het bekendste voorbeeld van Van Schijndels voorkeur voor de driehoekige vorm. Klassiek is inmiddels dit ontwerp uit 1981.


Mart van Schijndel ontwikkelde verschillende prototypen voor zijn vaas, die hij Punt, Double, Triple en Delta noemde. Het model Delta werd op de markt gebracht. Anders dan alle andere glazen vazen, was deze vaas niet uit geblazen glas gemaakt, maar samengesteld uit drie met siliconenkit verlijmde glasplaatjes. Van elk rechthoekig plaatje is een hoek afgesneden.

De minimalistische eenvoud van de veel geplagieerde Delta Vaas bracht Van Schijndel internationale erkenning. Hij won in 1984 met de Delta de '5e Arango International Design Contest, Glass that Works' in Miami. De vaas maakt inmiddels deel uit van verscheidene museale collecties, waaronder die van het Stedelijk Museum in Amsterdam en Boijmans van Beuningen Rotterdam.

Elk exemplaar van de vaas is voorzien van een gegraveerde handtekening van de ontwerper. Dit zou de indruk kunnen wekken dat Van Schijndel de vaas als een kunstobject beschouwde. Het tegendeel is waar: voor hem was de vaas een bloemendrager die, wanneer hij niet als zodanig werd gebruikt, gewoon in de kast hoorde.

Het signeren had een puur pragmatische reden. Het moest bescherming bieden tegen namaak. Echt effectief bleek dit niet te zijn; Van Schijndel spendeerde kapitalen aan advocaten om vervaardigers van Delta look-alikes te manen.

Het vormprincipe van de Delta vaas is nauw verwant aan de lamp Slack. In de uitvoering ontstaan echter de stompe hoeken aan de buitenzijde doordat twee glasplaten met elkaar zijn verlijmd, terwijl bij de lamp deze hoek geen verbinding vormt van twee delen maar het staal hier is omgevouwen.

Auteur Mienke Simon Thomas stelt in haar boek 'Goed in vorm: honderd jaar ontwerpen in Nederland': ‘De architect Mart van Schijndel werd, zonder daar bewust op uit te zijn, een van de meest succesvolle zelfproducerende ontwerpers. In 1981 toonde hij voor het eerst, als een eenmalig vormexperiment, zijn uit drie rechthoekige stukken glas samengestelde Deltavaas in de galerie van Hans Appenzeller in Amsterdam. Inmiddels zijn tienduizenden Deltavazen over de toonbank gegaan.

 

bottom of page